Het eerste weekend van september staat traditioneel in het teken van Meldert Kermis. De festiviteiten beginnen dan op vrijdag met het Cocktailkafaat in het Parochiaal Centrum waar men zich onder het voorwendsel de scouts te steunen, een groot oor mag afdrinken. Sommige van onze leden dronken zich eerder twee oren af en moesten bijgevolg op zaterdag al eens serieus diep gaan, diep in de WC-pot welteverstaan. De detox-kuren beginnen dan ook stilaan opgang te maken binnen ons klein peloton. Dat andere leden, die ook aanwezig waren op dit extreme bacchanaal, op zaterdag in staat waren de rit van zondag al te gaan verkennen, kan enkel maar onderstrepen dat er duidelijk een conditionele kloof gaapt tussen sommigen onzer wtc-fietsers. Nog anderen bleven wijselijk thuis en spaarden de benen en de maag voor zaterdagavond. Want op zaterdag barst dan weer een waar volksfeest los op Meldert-Dorp met optredens van The Backseat Boppers, de Gooikse G-Bloezers (niets met G-sporten of vrouwenbloezen te maken) en de “zoetgevooisde” zangeressen van Lunasix. Daarna en tot slot zou onze Presidentiële Goedhartigheid nog een schijfken draaien samen met erelid van de WTC en begenadigd radiostem, Dave Beeckman. Dat onze President na zijn optreden nog even een cooling-down moest gaan doen op The Age of Love in Den Tuitelaer bij het nuttigen van een tapasplankje gevuld met “ne stoiker, ne flasher, ne crasher en een batmanneken” zorgde er mede voor dat hij op zondagochtend afwezig bleef.
Ook traditioneel, startte onze kermisrit aan Café Marina aangezien ons lokaal, Café Ingrid, volledig onbereikbaar was door de belegering en omsingeling door 400 standhouders van de rommelmarkt en de duizenden kijk-en kooplustigen die dit mega-evenement meebracht. Bij de start 4 B’kes, en met Katrien, Yentl, Stefano Di Longo en André was dit een genderneutraal groepje. Bij de A’kes raakten er nog zeven uit hun bedstee hoewel het hier en daar uitkijken was dat er niet over mekaars wallen onder de ogen werd gefietst. Niettegenstaande men zou vermoeden dat tijdens een dergelijk zwaar weekend de rit biljartvlak en een “ride-in-the-park” zou zijn, kwam van een haarloze reis terug. De rit naar het Atomium kan al niet vlak worden uitgetekend en als onder andere de Putberg op het parcours ligt, is het niet verwonderlijk dat de kaap van de 500 hoogtemeters vlot zou gehaald worden. Aan de voet van de Putberg was het kiezen tussen het steile fietspad links van de berg of de gladde kasseien aan de rechterkant. Enkel Peter en de uit kasseien gehakte Jos kozen voor de hobbelige klim die merkelijk korter was dan het fietspad aangezien zij veel eerder boven waren dan de rest. Vervolgens ging het richting Mollem en in Bollebeek sloegen wij af naar Kobbegem, altijd maar op en af, vervolgens richting Brussegem en stilaan zo naar Brussel waar wij al na 25 kilometer de Heizelvlakte bereikten, hoewel vlakte redelijk eufemistisch is aangezien daar toch ook nog wat hoogtemeters konden geraapt worden.
En net voor wij de voet van de negen-boller bereikten, trok een sissend geluid onze aandacht. Eerst werd gevreesd dat een vervaarlijke boa-constrictor uit de Matongéwijk was ontsnapt maar gelukkig was het de Jos zijn achterband maar. Platten tuub! En dit op een plaats waar net een paar honderd motoren, getooid met Palestijnse vlaggen, verzamelden, om samen Ride for Palestine te rijden of te racen, op het asociale geloei en gebrul van de racemotoren afgaande. En uit de schaduw van het bos kwam daar plots een fietser afgevlogen die enige gelijkenissen vertoonde met de getaande Gazastijnezen die men al eens tijdens het journaal durft opvoeren, hun ongenoegen over zo veel onrecht spuiend. Maar wanneer de fietser ons zodanig dicht genaderd was, dat wij al vreesden voor een terroristische aanslag op onze gelederen, bleek het begot de Jelle te zijn, die om 08:30 de trein der traagheid had gemist aan Marina. Gelukkig voor hem, viel de Jos plat of hij had ons nooit of te nimmer ingehaald. Als geboren voorvechter tegen het onrecht begon hij dan ook spontaan, Pro-Palestijnse strijdkreten te roepen in de aard van :”Hamas, Jihad!…” en nog van die eigenaardige dingen. Het leek wel of hij de menukaart van de Libanees in de Molenstraat in Aalst aan het aflezen was. Maar met zoveel gevoelige snaren die daar in de omgeving konden beroerd worden, durfden wij toch geen “bommeken” gebruiken om Jos zijn band op te pompen en werden de minicompressoren danig op de proef gesteld tot ze plat waren. En wij weer weg…
Het tweede deel van de rit beloofde platter te worden, volgens de parcoursbouwer, die “de helft” toch redelijk anders had geïnterpreteerd. De hellingen, heuvels en klimmetjes bleven zich namelijk redelijk ver op het parcours opstapelen. Het was pas net na Sint-Brixius over de brug over de A12, dat wij een vlakte konden aanschouwen. Hét signaal voor de Jos om zijn band nog eens te laten leeglopen. Wij “vaneir” van de vélo en nog maar een proteïnebarreken en ne steroïdeshake tot ons nemend. Gelukkig was het al een dikke 25 graden en was van koukleumen geen sprake. Iets sneller dan op zijn eerdere pitsstop werd de band van Jos door hemzelf vervangen, niettegenstaande Peter hem eerst had getracht te saboteren door hem een binnenband te geven met geblokkeerde “souspape” die hij zelf weer los kreeg door er zijn kunstgebit eens in te zetten. Om maar te zeggen, wij weer op weg.
En inderdaad, dit deel van het parcours was merkelijk vlakker, vooral ook omdat we een inkortende beweging hadden gemaakt, aangezien we al zo veel tijd hadden verloren en Kris DB nog amper aan het drinken van zijn drie Orvallekes zou toekomen. Voor de drieëndertigste keer die dag, raakten we ook weer op het parcours van De Gordel die ook plaats vond. Maar gelukkig is het niet meer het massa-evenement van weleer. Via de Steenweg van Merchtem naar Droeshout bereikten wij na een stevige streep doorvlammen, eindelijk de Melkspinde in Baardegem. Het sein, neen niet voor Jos maar wel voor ondergetekende, om eens plat te vallen! En dat in volle finale van onze koers, weg ereplaatsen en kussen van de bloemenmeisjes. Aangezien we de Orvallekes, Krieken van Boon en Pilskes al konden horen roepen van bij Marina, werd deze band in recordtempo vervangen en doken wij richting rommelmarkt waar een waar verkeersinfarct, Meldert gegijzeld hield. Het was dan ook uitkijken geblazen tot we op het geïmproviseerde terras van Marina zaten.
Nog was ons leed niet ten einde want enkele minuten nadat wij onze drank hadden besteld en Marina ermee naar buiten kwam, moet er een krachtige lokale aardbeving de kop hebben opgestoken. De flesjes en glazen op het dienblad van Marina begonnen vervaarlijk te bijzen en te dansen, waardoor ze zich genoodzaakt zag haar schotel even neer te zetten op de vensterbank. Achteraf bleek het om een aardbeving te gaan met een kracht van 4,3 op de schaal van Marina. Maar geen nood, dat hebben we toch ook weer overleefd. Ondertussen was onze revaliderende copain Jean met zijn prachtige hond en zijn al even prachtige Patricia bij ons komen zitten, ons rijkelijk voorziend van winegums en stroopwafeltjes, een waar kermisfestijn. Ook zijn Presidentiële Nachtelijkheid was na een korte schoonheidsslaap onze rangen komen vervoegen en toverde middels een Kriek van Boon weer wat blos op de wangen. Hij nam zelfs de zeer belangrijke beslissing dat er op 19 september een soort van Europese Top maar dan binnen de WTC zou plaats vinden, met hopelijk massale aanwezigheid van heel veel leden.
Voor afsluiten van huidig verslag wil ik toch nog even tijd nemen om wat publiciteit te maken voor de “200 van Meldert”. Dit betreft een initiatief van Pieter en Frederik, twee WTC-leden die op zondag 14 september 30 rondjes van dik 6 km in Meldert zullen fietsen. De start zal gegeven worden om 8 uur aan de Faluintjesstraat 38 en iedereen mag meerijden, zo ver en zo lang hij zelf wil. Tof initiatief van de jongens, en hopelijk haalt Frederik deze keer wel het startuur! Tot volgende week!
El Churto