Nu de Tourcaravaan zich stilaan naar de Pyreneeën begeeft en de loden hitte de renners tot het uiterste drijft, worden ook bij ons waanzinnig hoge temperaturen voorspeld. Gelukkig spartelden we er deze zondagochtend nog tussenuit. Hoewel de zon om acht uur zich al van haar schoonste kant liet zien, was de temperatuur eerder perfect om in te fietsen. Niettegenstaande het volle verlofperiode is en statistisch gezien veel WTC’ers dan andere oorden opzoeken, daagden er vijfentwintig zonnekloppers op. Vermoedelijk een record voor deze periode van het jaar. Ik mocht als schrijver van menige verslagen na een gedwongen rustperiode opnieuw de gelederen vervoegen. Gezien de conditionele achterstand en de voorsprong op gebied van lichaamsgewicht, sloot ik wijselijk aan bij de C-vrienden waar het tempo toch eerder aanvaardbaar mag worden genoemd op onze zondagse uitjes. Met tienen, waaronder vier vrouwelijke fietsliefhebbers trokken wij ons om klokslag half negen op gang.
Onmiddellijk daagde er al een eerste verrassing op in de rit waarbij wij via een aantal, weliswaar verharde, trage wegen koers moesten zetten richting Moorsel en Herdersem. Dat de parcoursbouwer er deze ietwat technische passage er speciaal voor JS uit M bij A had in gestoken zal onze voormalige coureur veel plezier hebben gedaan.
Na de beklimming van de Wiezebrug, en daarna uiteraard ook de afdaling – of we zouden daar nog schoon gestaan hebben – werden wij op de Dries in Gijzegem ingehaald door de mengelmoes van A&B. Echter waren we nog maar in de Muntstraat, eveneens in Gijzegem of daar moesten onze snelheidsduivels zich al aan de kant zetten ingevolge een mechanisch euvel en haalden wij hen wederom in. Hun air van suprematie was direct al veel minder mijn gedacht. Maar nog maar net op grondgebied Schoonaarde of daar werden we in “den Driesbocht” al weer ingehaald door onze rappe mannen net toen wij gekruist werden door een druk bellende, omhooggevallen plaaster in haar Mercedes 4x4. Gelukkig deed de Driesbocht zijn reputatie van valpartijen deze keer zijn naam geen eer aan en raakte iedereen er zonder kleerscheuren door, niettegenstaande de lokale plantenboer zijn sproeimachine blijkbaar slecht was afgesteld en hij het wegdek nat-glad had gespoten.
Nog even bleven onze clubgenoten in ons gezichtsveld, maar eens zij hun rossen de sporen gaven, verdwenen zij aan de bochtige einder. Ondertussen waren Kris en Guy zo vriendelijk en mede-lid-lievend om blijvend op kop te fietsen tegen een aangenaam, strak tempo waarbij de vrouwen in de groep alle laatste nieuwe recepten, weetjes en roddels gezellig konden blijven uitwisselen. Op den duur zou je je in een praatgroep wanen in plaats van in een wielergroep. Kris DB is trouwens normaal gezien een fervent A-fietser maar sinds zijn dochter Yentl onze rangen vervoegde heeft hij als zorgzame vader een stapje teruggezet. Benieuwd of hij volgende week, als dochterlief op kamp is nog bij de C’kes zal meebollen.
Gezien mijn comeback als conditioneel kneusje had ik als parcoursbouwer van dienst uiteraard een vlakke rit uitgestippeld. Ik zou mezelf daar bij mijn debuut niet gaan opblazen op de hellingen van het Pajottenland of De Vlaamse Ardennen. Neen de rit liep daarentegen over rustige, landelijke wegen door de Wase polders en dit min of meer evenwijdig aan de E17. Wij met ons gezelschap kruisten deze drukke verkeersader niet, onze rappe vrienden mochten aan de overzijde van de snelweg een parallelle route aansnijden.
Het viel echter weer op dat veel van onze landelijke wegen er slecht bij liggen. Deze bestrating, ooit uitgevonden door de Schot Mac Adam, vertoonde op vele plaatsen putten, scheuren en afbrokkeling. Bovendien bevonden wij ons op bepaalde ogenblikken in dergelijke onherbergzame gebieden dat er geen gps-bereik meer was. Dit had tot resultaat dat Guy zijn digitale wegwijzer hem blijkbaar rechtdoor stuurde en de gps van Kris DB zei dat het rechtsaf was. Gevolg, schouder tegen schouder duwend als Sagan versus Van Aert bleven zij ternauwernood recht. Gelukkig was er geen koerscommissaris in de buurt of ze zouden zeker gediskwalificeerd geweest zijn! Onze twee onversaagde koprijders lieten zich echter niet uit het kabellood slaan en zetten onvervaard hun kopwerk verder. Wanneer wij in Grembergen de dijk moesten opfietsen, verkeek Hans DB zich even op een beugel die moet verhinderen dat gemotoriseerd verkeer de dijk oprijdt. Gelukkig voor hem, kon hij zich staande houden of hij had zich daar een beugel rond zijn tanden kunnen aanmeten. Eens op de dijk was het een blij weerzien met drie ex-leden van de WTC : Paken, Guido en JP. Deze voormalige toppers doen bij goed weer onderling nog een toertje in onze vorige uitrusting. JP bevestigde ook meteen dat bij hem alles oké was afgezien van een wat aangevette lever. Deze drie klasbakken hebben dan ook een andere kijk op op de term sportdrank dan de modale wielertoerist. Eens in het schandalig slecht liggende Belle Broek scheidden echter onze wegen van voornoemd trio en verdachten wij hen ervan dat zij Afspanning ’t Vat in Denderbelle zouden aandoen.
Onze C-trein denderde echter gestaag voort richting de finish. Wanneer wij kort daarna ’t gangsken van ons lokaal indraaiden konden wij al wat koersmasjienen ontwaren en dachten wij dat onze snelle vrienden reeds waren gearriveerd. Bij het ronden van de hoek bleken er echter een zevental anderen de “stamtisch” van de WTC ingepalmd. Akkoord Fred en Pieter, die bij de zeven hoorden, zijn nog lid maar desalniettemin moesten wij onze groep in twee scheuren om plaats te hebben. Bijgevolg werden de traditionele “keizekes en salamikes” niet bovengehaald en was Erwin zo van slag dat hij bij een nobele onbekende met ook wat fluo op den tenue, ging zitten. Pas na tien minuten had hij door dat hij bij de verkeerde groep zat waardoor hij zodanig van zijn melk raakte dat hij ook nog eens zijn windstopper vergat nadat hij ook nog eens door zes wespen was belaagd.
Blijkbaar heeft een vijfdaags zeebezoek Rufin wel heel veel goeds gedaan. Nu kan hij zelfs gedachtenlezen. Niettegenstaande Kris DB had besloten huiswaarts te keren en zijn helm al op had, en hij tegen Rufin had gezegd dat hij niks meer moest hebben, stond Rufin toch nog klaar met een Orval voor Kris. Ik citeer Rufin hierbij even :”Kom jongen, drinkt dat uit. Ik heb u wel zien twijfelen daarjust!”. Gezien de schaarste in de Orvalvoorraden offerde Kris zich dan toch maar op. Ingrid had trouwens local-hero Marksken ingehuurd om het terras wespvrij te houden. Door zich de ene na de andere sigaret op te steken, zorgde Marksken voor een zodanig rookgordijn dat geen enkele wesp ook maar aandurfde het terras te bevliegen. Marksken is trouwens voortaan te boeken voor al uw tuinfeesten en partijen.
Waar het volgende week heen zal gaan zit nog in de pijplijn en de denktank maar dat het weer een topper zal worden staat nu al buiten kijf. Tot zondag!
El Churto